Hey, leuk dat je er bent!
Onlangs las ik een boek van Marieke Eyksoot namelijk Talking Dress dat ging over milieubewuste en eerlijke kleding. Als het gaat over het milieu denken mensen vaak aan zwerfvuil, vervuilende auto-stoffen of vegan life maar het is veel meer dan dat. Hoe zit het nu met de invloed van kleding op het milieu? Wat kan je nu mis doen door kleren te kopen?
Naar aanleiding van het boek van Eyskoot koos ik ervoor om mezelf te verdiepen in dit onderwerp. Het was ook interessant voor mij omdat ik een blog over kleding schrijf maar eigenlijk zelf niet goed weet of kelding wel milieuverantwoord is. En dat is wel belangrijk aangezien milieu en klimaat een bradende topic is . Het was dus ook vanzelfsprekend om hierover een blogpost te schrijven.
Omdat er veel te schrijven valt over dit onderwerp heb ik besloten om mijn verhaal op te splitsen over twee weken, als je het interessant vindt zou ik dus zeker de blogpost die volgende week verschijnt goed bij houden. Hierbij rond ik mijn inleiding af en ga ik over naar de eigenlijke inhoud,
wat betekent kleding voor het milieu?
Kleding ontstaat niet zomaar en zijn geen wegwerpartikelen. Er worden jaarlijks miljoenen kledingstukken geproduceerd en ook zoveel weggegooid. Kleding wordt gekocht om maar hoogstens 3 keer te dragen en dan weg te gooien. Het heeft geen waarde, het wordt gezien als iets waardeloos waar je maximum na het kopen één jaar plezier aan zult hebben. Dat kan toch niet de bedoeling zijn. Beseffen we wel dat er voor kleding te maken veel en kostbare grondstoffen nodig zijn. Om die grondstoffen te bewerken tot kleding komen er ook nog zoveel processen bij kijken. Het gebruik van land, water en chemicaliën (scheikundig bereide stoffen) hebben veel impact op het milieu.
Tijdens de productie van kledingstoffen komen veel gassen vrij die bijdragen aan de opwarming van de atmosfeer. Ook wel broeikasgassen genoemd. Om die te produceren en de machines te laten draaien heb je dan ook nog eens energie nodig. Maar niet alleen dat is het probleem, natuurlijke broeikasgassen zoals methaan zorgen ook voor het opwarmen van de aarde. Methaan is een zeer sterke broeikasgas die wordt geproduceerd door schapen tijdens het verteringsproces van voedsel. En die schapen hebben wij nodig want ze voorzien ons van wol, onze warme pullen. Methaan vangt de lucht op door de boeren en winden van de schapen. Uit onderzoek blijkt dat de helft van de broeikasgassen die door de Vlaamse landbouwsector worden uitgestoten methaan is.
Een ander probleem is de steeds groter wordende plastic soep. Textiel wordt steeds gewassen en daardoor komen er zowel natuurlijke als synthetische vezels los. Vezels worden gevormd door grondstoffen te verwerken tot kleding. Die vezels spoelen mee met het spoelwater van de wasmachine en komen via het riool terecht in de zee. Natuurlijke vezels zijn afbreekbaar maar de synthetische weer niet. Dat zorgt voor vervuiling van zowel de leefomgeving van de dieren en planten die leven in de oceanen als onze leefomgeving.
Fast Fashion
Ook de kledingindustrie is erg vervuilend, namelijk fast fashion. Fast fashion staat eigenlijk in de modesector voor veel verspilling, afval en oneerlijke productie. Kortom de weggooicultuur. Het is ontstaan rond 1850 met het uitvinden van de naaimachine. Er werden standaardmaten uitgebracht, zoals we ze kennen S,M,L en XL.
Slow fashion
Ook bekend als haute couture is een vorm van mode waar we naar moeten streven. Het werd vroeger als elitair beschouwd door de maatschappij en dat leeft nu nog steeds. Het is kleding van kwaliteit dat met de hand gemaakt is en dat precies op maat is. Dat wijst ook op het feit dat kleren maken vroeger langer duurde en dat ze daarom meer respect kregen van de mensen. Het was uniek, helemaal voor en van jou alleen. Het is niet meer mogelijk om het zoals vroeger aan te pakken maar we kunnen ons geld wel uitgeven aan merken die er veel bewuster mee omgaan (zie vorige blogpost!).
“De westerse wereld zwemt in een zee van allemaal dezelfde kleren” Een uitspraak van onderzoekster en bedenker van Slow Fashion, Kate Fletcher.” Er is een gebrek aan diversiteit en creativiteit wat leidt tot verdeeldheid. Dat proberen we op te lossen met meer kopen. We zouden naar variëteit moeten smaken, soorten en kleuren leren waarderen.” (Eyskoot, 2012)
Wat kunnen we doen? Dat is beschreven in deel 2, stay tuned!
See you at my next post!